Twee weken geleden werd in onze gemeente de regenboogvlag gehesen. Bijvoorbeeld bij het gemeentehuis. De reden was Coming Out Day. Op die dag besteden we aandacht aan het feit dat iedereen moet kunnen uitkomen voor de geaardheid of genderidentiteit. We moeten erkennen dat dat helaas nog altijd niet vanzelfsprekend is. Dat je als man nog altijd niet hand in hand met een andere man over straat kunt zonder lastig gevallen te worden. Dat biseksueel zijn wordt gezien als gek. Lossen we dat dan op door een vlag te hijsen? Nee. Is het dan een nutteloos symbool? Nee. Met die vlag laten we zien dat we wel vinden dat je mag zijn wie je bent. Dat je je niet hoeft aan te passen aan wat anderen zien als ‘’normaal’’. Maar ook dat je niet alleen staat in je strijd voor gelijkheid.
In onze gemeente moet iedereen het gevoel hebben er bij te horen. En dat gevoel van samen is wel eens ver te zoeken. Niet alleen in Hardenberg maar in heel Nederland en wellicht wereldwijd. Het lijkt alsof het maatschappelijk debat steeds harder gevoerd wordt, waarbij schelden en intimidatie vooral via het internet nooit ver weg is. Dat heeft ook als effect dat mensen zich niet uit durven te spreken. Bijvoorbeeld ook over wat je nou vindt van het figuur zwarte piet.
Voor mij is dat wel duidelijk; hoewel mensen die zwarte piet spelen het wellicht niet verkeerd bedoelen is het voor sommige mensen racistisch. En dat is voor mij doorslaggevend. Dan moeten we het gewoon niet meer willen. Maar dat uitspreken, of beslissen om geen zwarte piet meer bij je intocht te hebben en te kiezen voor een alternatief is niet makkelijk. Daar moeten we ook heel reëel over zijn. Daarom is iedereen die beslist: ik wil een sinterklaasfeest voor iedereen en gebruik dus felgekleurde of roetveegpieten dapper. Want je weet dat het gaat leiden tot nare reacties. Maar laat dat je niet tegenhouden om uit te spreken waar je voor staat.
Laten we dan ook proberen om als samenleving toleranter te reageren. Niet meteen reageren op Twitter en Facebook maar eerst even tot 10 tellen. Je proberen te verplaatsen in de ander. En wat begrip tonen. Ik was niet van plan om in deze column wat te schrijven over het corona-virus maar ik ontkom er ook niet aan. Ook een virus kan kennelijk leiden tot verdeling. Het lastigvallen van personeel in winkels die vragen 1,5 meter afstand te houden. Of het uitlachen van mensen met mondkapjes. Zo ga je niet met elkaar om.
In het voorjaar tijdens de eerste coronagolf leek Nederland op een verstandige manier te reageren. Samen komen we er wel doorheen. Dat voelt nu anders. Mede door een kleine groep extremisten die zich verzetten tegen de corona-aanpak. Het nepnieuws vliegt je om de oren op de sociale mediakanalen. Mondkapjes zijn gevaarlijk, het is een complot en het virus is maar een griepje. Allemaal klinkklare onzin, maar verplaats je eens in iemand die iemand is verloren aan corona. Hoe moet het dan voelen om zo’n bericht te lezen?
We moeten een gemeente zijn waar iedereen er bij hoort. Een inclusieve gemeente dus. Met regenboogvlag en als je het mij vraagt zonder zwarte piet. En laten we eens wat aardiger voor elkaar zijn. Laat mensen zijn wie ze willen zijn, kijk naar elkaar en denk aan elkaar. En dan hoop ik dat als volgend jaar de regenboogvlag weer omhoog gaat dat iedereen die dat wil, daar dan ook bij kan zijn omdat we dan ook eindelijk van corona af zijn.
Romano Boshove
GroenLinks